Betrokkenheid

Betrokkenheid en welbevinden vormen dé kwaliteitscriteria van de procesgerichte benadering van het EGO. Wat betrokkenheid is, hoe je dit kan zien en meten wordt hieronder toegelicht.

Betrokkenheid is…

  • een bijzondere kwaliteit van menselijke activiteit,
  • die zich laat herkennen aan een geconcentreerd, aangehouden en tijdvergeten bezig zijn,
  • waarbij de persoon
    • zich openstelt, zich gemotiveerd voelt en geboeid is
    • een intense mentale activiteit aan de dag legt
    • een grote hoeveelheid energie vrijmaakt en een sterke voldoening ervaart,
  • omdat
    • de activiteit aansluit bij zijn exploratiedrang en interessepatroon
    • en zich aan de grens van zijn individuele mogelijkheden situeert,
  • waardoor fundamenteel leren plaatsvindt.

Betrokkenheid de best denkbare indicator voor het zich voltrekken van fundamenteel leren (deep-level-learning). De combinatie van een intense mentale activiteit, intrinsieke motivatie en het zich bewegen aan de grens van de eigen mogelijkheden realiseert de best denkbare voorwaarden voor duurzame ontwikkeling. Betrokkenheid is dus niet lichtzinnig te interpreteren als ‘fun’ of wat we door ‘animatie’ bereiken. Hoge niveaus van betrokkenheid gaan gepaard met een enorme inzet van mentale energie die onontbeerlijk is om competenties op een hoger niveau te tillen. Als toetssteen voor de kwaliteit van de aanpak, kan ook dit tellen.

Concentratie

Als je betrokken bent, voel je je aangesproken door de activiteit, dus ben je werkelijk geïnteresseerd. Betrokkenheid krijg je niet als je dingen alleen maar doet omdat anderen het vragen of er jou toe verplichten. De motivatie komt vanuit jezelf.

Motivatie en doorzetting

Het toespitsen van de aandacht op één beperkt veld maakt dat men zich daarin ook vastbijt en niet geneigd is de activiteit los te laten. Er is heel wat nodig om je uit je concentratie te halen. Storende prikkels dringen niet door. Betrokken activiteit neigt ernaar niet makkelijk op te houden als het een keer een bepaalde intensiteit heeft. Daarom spreken we van ‘persistentie’, een aangehouden bezig zijn. Kinderen proberen deze ‘state of flow’, dit ‘in flux zijn’ instinctief op te zoeken en in stand te houden. Die hoge concentratie verklaart ook het absoluut verlies van tijdbesef.

Energie en intense mentale activiteit

Bij betrokkenheid stel je je helemaal open voor ervaringen: de indrukken die je opdoet zijn heel sterk. Lichaamsgewaarwordingen en bewegingservaringen, kleuren en klanken, geuren en smaken hebben een schakering en een diepte die er anders niet zijn. Je spreekt je verbeelding en je denkvermogen ten volle aan. Bij niet-betrokken activiteit zijn de gewaarwordingen niet doorleefd, dus oppervlakkig.

Alertheid en aandacht voor details

Wie betrokken bezig is, toont doorgaans een ontvankelijkheid voor prikkels, voor zover die er voor de activiteit toe doen. De antennes, de voelsprieten, worden uitgestoken om iets nieuws, iets boeiends, verteerbaars, uitdagends op te sporen en erop in te spelen. Nauwgezetheid en alertheid zijn vaak een uiting daarvan. De tong uit de mond wijst op een grote inspanning om iets heel nauwkeurig uit te voeren. Je kijkt scherp toe, hebt oog voor relevante details. Zelfs wat moeilijk te verstaan is, te stil is gezegd, heb je toch gehoord. Je reactiesnelheid is hoog.

Bevrediging van exploratiedrang

De bron voor betrokkenheid is de ontdekkings- of exploratiedrang, de drang om de wereld te ervaren, om zintuiglijke indrukken op te doen, om greep te krijgen op de werkelijkheid. Betrokkenheid is een heerlijke toestand: je bent in vervoering. Wat je beleeft is energie die door je stroomt. Kinderen nemen spontaan steeds opnieuw initiatieven die hen in die toestand brengen. Spel is de plek bij uitstek waarin ze deze genoegdoening vinden.

Aan de grens van je mogelijkheden

Betrokkenheid is maar mogelijk als een activiteit een uitdaging is, niet te makkelijk en ook niet te moeilijk. Bij betrokkenheid bewegen mensen zich dus aan de grens van hun mogelijkheden. Ze spreken hun vermogens ten volle aan, ze geven het beste van zichzelf – of we het nu over baby’s hebben of volwassenen, over kinderen met een zwakke mentale ontwikkeling of over hoogbegaafden

CEGO ontwikkelde de Leuvense Betrokkenheidsschaal (LBS) om de betrokkenheid van mensen te meten.

Hoe kan je betrokkenheid (en welbevinden) van lerenden zo mogelijk op een nog hoger  niveau brengen? Hierop geven de aanpakfactoren een antwoord. Ze geven aan waar de leeromgeving krachtig is, welke elementen nog aandacht verdienen, waar nog kansen liggen om de leeromgeving boeiender te maken. Lees hierover meer: