Dit project kwam tot stand met LOP Aarschot en liep van november 2010 tot oktober 2011. Werken aan gelijke onderwijskansen impliceert dat je oog hebt voor de noden van alle kinderen, in het bijzonder van kansarme kinderen. In de praktijk wordt dit vaak ingevuld vanuit een deficitmodel: tekorten worden vroegtijdig opgespoord om vervolgens via gerichte ondersteuning weg te werken. De effectiviteit van deze aanpak op langere termijn blijkt echter niet zo gunstig voor de doelgroepleerlingen, o.a. in de cijfers van ongekwalificeerde uitstroom (Van Landeghem & Van Damme, 2009). Met het talentmodel willen we een alternatief formuleren dat uitgaat van de sterke kanten en krachten in kinderen (positieve oriëntatie) en zo ook focust op motivatie en het ontwikkelen van een groeigericht zelfbeeld (cfr. Dweck C.).
In dit project staat de uitwerking van een talentportfolio centraal waarin kinderen gestimuleerd worden om zelf op zoek te gaan naar wat hen boeit, aanspreekt, uitdaagt… naar hun (verder te ontwikkelen) talenten. Het kader hiervoor is gebaseerd op de competenties uit het Procesgericht Kindvolgssyteem (CEGO). In samenwerking met 12 basisscholen van het LOP in Aarschot, wordt er gezocht naar schoolspecifieke en schooloverstijgende initiatieven waarin leerkrachten gestimuleerd worden de paradigmashift van tekort- naar talentdenken te maken in hun klas. Vanuit de ‘brede school’-gedachte, willen we de mogelijkheden van de talentenbril voor kinderen en hun ouders ook verder verkennen met de lokale partners buiten het onderwijs.
Promotor:
Ludo Heylen
CEGO-medewerker:
Ilse Aerden
Publicatie:
Aerden, I. (2009). Heeft elk kind talenten? Gelijke kansen! GOKSchrift, 12.