Kwaliteitszorg in het secundair onderwijs

EGO vertrekt vanuit de procesgerichte invalshoek om te kijken naar kwaliteit in het secundair onderwijs.

Herkenning van en communicatie over hoe jongeren de situatie beleven vormen een essentieel vertrekpunt voor het werken aan integrale kwaliteitszorg in het secundair onderwijs. Welbevinden en betrokkenheid worden centraal geplaatst. Wat doet deze leeromgeving met deze jongere, zowel op emotioneel als op cognitief niveau?

Uiteraard buigt het EGO zich ook over de vraag wat het onderwijs moet opleveren (effect). Wat verwerft de jongeren tijdens zijn schoolloopbaan? Het EGO schuift daarbij volgende doelgebieden naar voren: een gezonde emotionele basis, een sterke exploratiedrang, de ontwikkeling van basiscompetenties én de basisattitude van verbondenheid. Daarbij wordt de lat hoog gelegd: het dient om diepgaand leren (deep-level-learning) te gaan. Leren waarbij de visie en kijk op de realiteit van de jongere grondig gewijzigd wordt Het gaat om een holistische kijk die aansluit bij het constructivisme, de competentie- en de talentgerichte benadering en de multiple ‘intelligences’ visie.

Eenmaal betrokkenheid en welbevinden van de jongeren in kaart gebracht zijn voor één of meerdere outputfactoren, heeft men handvaten om de leeromgeving zo mogelijk nog krachtiger te maken (aanpak). Men krijgt o.a. zicht op waar de leeromgeving krachtig is, welke elementen nog aandacht verdienen, waar nog kansen liggen om de leeromgeving boeiender te maken. Daarnaast krijgt men zicht op mogelijke risicojongeren, jongeren van wie de ontwikkeling op één of andere manier bedreigd is. Dit maakt een snelle overstap naar ontwerp en uitvoering van passende initiatieven mogelijk.

Instrumenten

Contextgegevens

Contextvragenlijst op maat van onderzoek

Procesgegevens jongeren

LBS, Leuvense Betrokkenheidsschaal
Looqin JoPSI, Procesgericht volgsysteem